Vanavond met vriendin Els naar de film geweest, sinds tijden konden we weer een keer samen. Deze film met een prachtige titel trok me nogal. Terwijl we keken naar de film bekroop ons toch het gevoel dat het een bijzondere film was. De film duurt 85 minuten, maar in die 85 minuten is eigenlijk heel veel aangestipt wat niet is uitgewerkt, of half uitgewerkt, al bleef de film wel de hele tijd boeiend en bleef je gefascineerd kijken naar het spel van de kinderen wat heel goed is maar er waren zoveel losse eindjes die niet opgelost zijn dat je met meer vragen weg ging dan met antwoorden. Op zich is daar niets mis mee, maar toch...
recensie van de flim:Regie: Daniel Joseph Borgman | Cast: Demos Murphy (Adrian), Angelina Cottrell (Nicole), Catherine Wilkin (Oma), Matthew Sunderland (Oom Rory), Finn Holden (Clinton), e.a. | Speelduur: 87 minuten | Jaar: 2013
Met zijn speelfilmdebuut vertelt de Nieuw-Zeelandse schrijver en regisseur Daniel Joseph Borgman het verhaal van de elfjarige Adrian. Al op jonge leeftijd is hij door zijn ouders in de steek gelaten. Sindsdien woont hij bij zijn oma en oom Rory in een rustig stadje in Nieuw-Zeeland. Zijn strenge oma houdt hem onder de duim en ook op school is hij een buitenbeentje. De enige met wie hij een goede band heeft is zijn zieke oom Rory. Adrians wereld verandert echter als er een nieuw gezin aan de overkant van de straat komt wonen en hij vriendschap sluit met zijn nieuwe buurmeisje Nicole. Zij zou best wel eens één van de vermiste kinderen over wie hij zoveel hoort op het nieuws kunnen zijn.
Adrians situatie zal voor veel kijkers herkenbaar zijn, maar voor de elfjarige zelf zijn de gebeurtenissen moeilijk om mee om te gaan. Hij probeert houvast te vinden in zijn omgeving, maar zijn oma houdt hem bij zijn oom weg en op school hoort hij nergens bij: niet bij de weeskinderen, die hun eigen groepje vormen, en zeker niet bij de andere jongens in zijn klas. Regisseur Borgman brengt die onzekerheid treffend in beeld. Met name de pikorde van het schoolplein en hoe grillig kinderen kunnen zijn bij het in stand houden daarvan, weet hij goed te vangen. Als Adrians enige vriend Clinton hem langzaam maar zeker in de steek laat voor hun stoere klasgenoten gaat dat zonder veel woorden, maar het is wel degelijk voelbaar.
Adrians gevoel van eenzaamheid wordt prachtig ondersteund door de cinematografie. Losjes gefilmd in het fletse zonlicht van het beginnende najaar zet deze een weemoedige toon. De met onkruid overwoekerde speelplaatsen vol verroeste toestellen lijkt de verwaarloosde toestand van de jonge personages te symboliseren. Niet alleen die van Adrian, maar ook die van zijn nieuwe buurmeisje Nicole, die zich een gevangene van haar thuissituatie voelt. Ook hier laat Borgman zien dat hij goed weet wat kinderen beweegt. In een aantal dromerige montages zien we de kinderen spelen met wat ze maar kunnen vinden. Zo biedt een oude boot in het midden van de speelplaats genoeg inspiratie voor een ingebeeld avontuur op volle zee. De montage won dan ook terecht de hoofdprijs op de New Zealand Film Awards.
Ondanks de goed in beeld gebrachte belevingswereld van de jonge personages blijft de ontwikkeling van Adrian wat onderbelicht. Zijn vriendschap met Nicole - van de eerste, bijna vijandige ontmoeting tot de latere hechte band - doet Adrian inzien dat hij niet alleen is. Veel verder dan dat gaat het echter niet. Met het eerder abrupte dan open einde biedt hij te weinig resolutie voor de verschillende verhaallijnen. Met name dat van de vermiste kinderen had wat sterker aanwezig kunnen zijn. Het had namelijk een interessante invalshoek geboden op het verhaal, dat hoewel sfeervol en oprecht, niet bijster origineel is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten