Toen een aantal dagen geleden op de mannendag app de vraag kwam of ik mee wilde naar de film Fantastic beasts ... zei ik zonder aarzelen ja. Ik ben altijd gek op de film, vind het altijd leuk om met de mannen uit te gaan, ik geniet van het samenzijn. Dus ach wat we ook gaan doen, of waar we heen gaan, ik zeg altijd Ja... Vriend Frans vroeg zich terecht af of ik wel besefte waar ik heen ging.. en nee dat weet ik niet.. ik ga gewoon. Dit doe ik ook met de voorstellingen die vriend Frans uitzoekt in het theater, ik heb geen idee, maar ik ga gewoon mee, ik vind de wereld soms één grote speeltuin en zie het als een grote grabbelton waarin je dingen pakt, soms krijg je iets leuks, soms wat mindere dingen en soms stelt het niets voor etc. maar het blijft daardoor wel lekker speels in het leven.
Zoals gebruikelijk, gingen we eerst met elkaar uit eten bij onze favoriete pizza tent aan het stadsschouwburgplein, dat is altijd heerlijk eten en ook erg gezellig., daarna gingen we naar de film.
recensie van de film:
Regie: David Yates | Cast: Eddie
Redmayne (Newt Scamander), Katherine Waterston (Porpentina Goldstein),
Dan Fogler (Jacob Kowalski), Alison Sudol (Queenie Goldstein), Colin
Farrell (Percival Graves), Carmen Ejogo (President Seraphina Picquery),
Samantha Morton (Mary Lou Barebone), Ezra Miller (Credence Barebone),
Johnny Depp (Gellert Grindelwald), Jon Voight (Henry Shaw Sr.), Ron
Perlman (Gnarlack) e.a. | Speelduur: 133 minuten | Jaar: 2016
Het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Met de verfilming van de tweede helft van The Deathly Hallows
in 2011 leek het einde van een tijdperk te zijn aangebroken, waarin
vele millennials verknocht raakten aan de avonturen van de jonge
tovenaarsleerling Harry Potter. Na enkele literaire uitstapjes naar
andere genres - onder haar eigen naam en het pseudoniem Robert Galbraith
- besloot Rowling toch weer leven in het Potter-universum te blazen.
Eerder dit jaar met het korte verhaal en bijkomstige West End-toneelstuk
The Cursed Child, nu ook op het witte doek met de start van de
spin-offreeks Fantastic Beasts and Where to Find Them, waarvoor
Rowling zelf het script voor haar rekening nam. Gelukkig is er in de
tussentijd nog niks van de magie verloren gegaan, want van meet af aan
voelt de terugkeer in de bekende toverwereld al als een warm bad.
Voor
een nieuwe franchise die uiteindelijk maar liefst vijf films zal moeten
beslaan, lijkt het bronmateriaal - een kleine encyclopedie vol
fabelachtige wezens - op het eerste gezicht vrij summier. Een
belemmering is dat echter niet, aangezien het Rowling des te meer
vrijheid geeft om met de schrijver van het boek, de rondreizende zoöloog
Newt Scamander, aan de slag te gaan. Aanvankelijk komen we niet veel te
weten van de mysterieuze dierenvriend die met een merkwaardige koffer
vol verrassingen in het New York van de jaren twintig aan land stapt.
Behalve dat hij vroeger van Zweinstein werd afgetrapt en enkele banden
heeft met een aantal bekende personages. Wanneer zijn meegereisde
beestenentourage echter op hol slaat, krijgt Scamander het al snel aan
de stok met de plaatselijke Dreuzels en het Magische Congres van de
Verenigde Staten.
De verandering van tijd en locatie geeft
de ruimte om flink uit te breiden op het bekende universum, waar
voorheen altijd binnen de perken van het Verenigd Koninkrijk gewerkt
werd. Zo worden we al snel geïntroduceerd aan een hele rits aan nieuwe
creaties en personages, die stuk voor stuk aardig worden ingevuld door
de cast. Eddie Redmayne is aanstekelijk als de wat wereldvreemde, doch
charmante Scamander die als een soort magische Freek Vonk door de
straten van New York heen banjert. Hij wordt bijgestaan door Porpentina
Goldstein, een plaatselijke ex-Schouwer die weer in de gratie probeert
te komen bij haar werkgever, en de goedaardige lobbes Kowalski, een
aandoenlijke Dreuzel die vanaf een heerlijk chaotische openingsscène in
een bank pardoes wordt meegesleurd in Scamanders doldwaze beestenbende.
Aardig
om te zien is hoe de zaken er aan de andere kant van de oceaan er net
even wat anders aan toegaan. In de eerste plaats bijvoorbeeld in de
terminologie - zo worden de Dreuzels in Amerika bijvoorbeeld No-Maj
genoemd, kort voor 'no magic' - maar belangrijker nog op het gebied van
toverbeleid, met name het strikte omgangsverbod tussen magische en
niet-magische personen. Tegelijkertijd staat er ook een kleine beweging
van Dreuzels op die overtuigd is van de aanwezigheid van tovenaars en
hekserij in de ban wil doen. Nu schuwt Rowling doorgaans niet om hier en
daar een parallel naar de echte wereld door te trekken, maar het is
aardig om te zien hoe maatschappelijke kwesties als segregatie,
onderdrukking en intolerantie - zeker in het huidige politieke klimaat
van Amerika uitermate relevante onderwerpen - aan bod komen. Hier en
daar valt zeker een link te leggen met recente ontwikkelingen.
Het
geeft de spin-offreeks meteen wat gelaagdheid mee, maar in de essentie
dient dit eerste deel vooral als een opstartpunt waarin we
geïntroduceerd worden aan een nieuwe wereld, vol nieuwe wezens, locaties
en soorten magie. Gelukkig is het een groot plezier om vol verbazing in
de ene na de andere nieuwe vondst van Rowling gegooid te worden, waar
ook in de vormgeving weer veel detail in is gestoken. Het zou zonde zijn
om alle verrassingen op voorhand te verklappen, maar houd alvast een
oogje open voor de bijdehante vogelbekdierachtige Nifflers en de
wandelende tak Pickett met een hoge aaibaarheidsfactor.
Ook
de aankleding en soundtrack zijn wederom dik orde. Van de sets en de
kostuums tot de muzikale score: onder leiding van David Yates - bij wie
de serie sinds Order of the Phoenix in betrouwbare handen is -
voelt alles even vertrouwd aan als altijd. Het tijdsbeeld van de
'roaring twenties', inclusief feestelijke galajurken en swingende
jazz-elementen, verandert daar weinig aan. Een kritiekpuntje is dat de
film meer dan de Harry Potter-films terugvalt op CGI ten
faveure van praktische effecten, ook al zien de computergeanimeerde
effecten er voor het merendeel goed verzorgd uit. De grote finale dreigt
enigszins in dezelfde valkuil te vallen als vele van de hedendaagse
(superhelden)-blockbusters: een golf van grootschalige stedelijke
destructie door een ietwat halfslachtig uitgewerkte, gezichtsloze
vijand.
Desalniettemin slaagt dit eerste deel glansrijk in
zijn opzet. Het vormt een aanstekelijke introductie tot de nog
onontdekte delen van Rowlings toverwereld, met genoeg nieuwe
hersenspinsels voor zowel de vaste fanschare als de complete nieuwkomers
om van te genieten. Hoewel de film genoeg aanknopingspunten overlaat
voor de vervolgen - waarin we hopelijk meer te zien krijgen van
bijvoorbeeld Johnny Depps Grindelwald of wellicht de Amerikaanse
toverschool Ilvermorny - is het prettig dat Rowling en Yates van dit
eerste deel een onderhoudend, op zichzelf staand avontuur hebben weten
te maken. Wat dat betreft doet Fantastic Beasts precies wat een
elke goede avonturenfilm zou moeten doen: het prikkelt de
nieuwsgierigheid om nieuwe plaatsen en wezens in dit universum te
ontdekken. Een ding is zeker: met Scamander als reisleider en Rowling
achter de schrijftafel liggen er nog een hoop verrassingen in petto.