vrijdag 4 maart 2016

El Club (film)


Vanavond met vriendin Heleen naar de film El Club geweest, wat een aangrijpende film zeker hoe het gefilmd is, geen moment dwaal je af, en het is heel beklemmend, Ik kreeg het er koud van hoe de kerk toch er alles aan doet om dat wat gebeurt is te verbergen. Wat ze niet al uit de kast halen om dit te verstoppen. Hoe ver ze gaan, het is natuurlijk een film, al zou het me niet verbazen als dit in het echt ook zo zou gaan

recensie van de film:

regie: Pablo Larraín | Cast: Roberto Farías (Sandokan), Antonia Zegers (Zuster Mónica), Alfredo Castro (Vader Vidal), Alejandro Goic(Vader Ortega), Alejandro Sieveking (Vader Ramírez), Jaime Vadel (Vader Silva), Marcelo Alonso (Vader García), e.a. | Speelduur: 98 minuten | Jaar: 2015

Slechts het deksel van de beerput van het seksueel misbruik in de Rooms-Katholieke Kerk is nog maar opgelicht. Het afgelopen decennium komen er steeds meer verhalen los van priesters die niet met hun schijnheilige tengels van kinderen konden afblijven. De rol van het Vaticaan bij het vinden en vervolgen van de schuldigen is volgens velen nog niet grondig genoeg, al lijkt de huidige paus een feller beleid voor te staan. Volgens velen heeft de kerk nog te lang weggekeken en zelfs meegeholpen om zaken in de doofpot te stoppen en te houden. Zo doen er verhalen de ronde van priesters in de Verenigde Staten die zich schuldig hebben gemaakt aan misbruik maar moeiteloos van parochie konden wisselen. Ook in het zeer gelovige Zuid-Amerika wordt er vreemd omgesprongen met de daders. Ze worden bijvoorbeeld in een tehuis gestopt, waar ze redelijk onder de radar weten te blijven en een teruggetrokken bestaan leiden. Moet je dit als kerk wel willen faciliteren?

Dit is de vraag die opdoemt in El Club, althans bij de kijker. Gesitueerd in een huis aan de Chileense kust leeft een groep priesters die zich op wat voor manier dan ook hebben misdragen. Te midden van hen woont een non die als huisbewaarder alles met de mantel der liefde bedekt. Voor iedereen een tweede kans, maar dit is een instelling die onmogelijk vol te houden is als het om zulke ernstige vergrijpen gaat. De instructies aan de geestelijken zijn duidelijk. Val niet op, praat niet met anderen buiten het huis en zo min mogelijk met elkaar over wat je op je kerfstok hebt. De inwoners van het kustplaatsje in Chili zijn gek op hondenrennen en de gevallen priesters vinden het zelf ook wel een prettig tijdverdrijf. De officiële lezing van de kerk is dat de vier godsdienaren tot inkeer moeten komen en hun zonden moeten overzien. Het viertal leeft een comfortabel leven en wordt nauwelijks geconfronteerd met hun eigen lusten die hebben geleid tot ernstige misstappen in het leven. Als je er niet over praat of zelfs nadenkt dan is dat verleden er simpelweg niet. Deze vorm van luxe wordt doorbroken als zich een vijfde priester meldt. Zijn collega's moeten nu wel hun verleden onder ogen zien.

De Chileen Pablo Larraín die het duistere niemandsland van schuld en onschuld, geloof en ongeloof en misdaad en straf optekent wisselt sereniteit voortdurend af met de schreeuw om gerechtigheid. Vaak zelfs in letterlijke zin, bijvoorbeeld als een slachtoffer op uiterst grafische wijze aan het hek van het huis van de priesters loopt te verkondigen wat hem allemaal voor smerigs is aangedaan. Nadat het schuldbesef één van de geestelijke te veel wordt, moet er wel wat veranderen in de betrekkelijk aangename levens die de andere vier leiden. De bijzondere positie waarin ze door de instituties zijn geplaatst blijkt dan eerder een last. De priesters wordt de toorn van het publiek bespaard, maar het knagen aan het geweten gaat gewoon door. Juist doordat een slachtoffer zich een weg tot hun ziel baant is de situatie onhoudbaar geworden en lijkt Larraín op ramkoers te liggen. Het is een proces dat hij langzaam en gedecideerd in werking stelt, maar dat als het eenmaal een feit is onmogelijk nog te stoppen is. Als een olievlek breidt het schandaal zich uit.

Het heeft iets ongekends fatalistisch. Voor het lot is niet te vluchten en als je je veilig waant dan betekent dit slechts uitstel van executie. Larraín oordeelt niet, maar laat dit over aan zijn publiek. Het laat zich echter niet zo moeilijk raden in welke hoek we het moeten zoeken. El Club, genoemd naar het vreemde genootschap waarin de katholieken zijn ondergebracht, is een ensembleverhaal waarbij de zwakste schakel uiteindelijk de kracht van de gehele groep bepaalt. De acteurs gaan op in een groter geheel en laten maar lastig hun eigen persoonlijkheid doorschemeren. Je zou dit kunnen bestempelen tot de ultieme devotie, die ook bij veel gelovigen te vinden is, maar bij een wat kritische beschouwing is dit ook een zwaktebod van de maker. Het was beter geweest als Larraín en zijn twee medescenaristen de vijf priesters en hun ene beschermvrouwe wat diverser hadden neergezet. Desondanks heeft de Chileen een stemmig en grimmig drama geconstrueerd dat maar weer eens de waanzin van een corrupt geloofssysteem illustreert.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten