Afgelopen dinsdagavond wilde ik deze film bezoeken, aangezien ik twee dagen ziek was, kon dat dus niet. dus besloot ik om vanmiddag om 13.30 naar de bios te gaan om deze film te gaan bekijken, geloofde al niet ,toen ik deze film boekte dat er veel mensen zouden zijn, er waren slechts 2 reserveringen dus ik verwachte dan ook dat er geen pauze zou zijn, maar als er wel een pauze is, ook prima, doet er niet toe, het gaat erom dat ik deze film kon zien. het gegeven boeide me enorm, iemand die denkt zijn vrijheid te krijgen door zich als kunstwerk te laten bewerken om de vrijheid te krijgen maar eigenlijk van de regen in de drup gaat belanden.. Wat ik vooral bijzonder vond dat deze film is gebaseerd op een waar verhaal namelijk het kunstwerk Tim van Wim Delvoye, waarvan hieronder een aantal fotos staan met Tim als kunstwerk, ik vraag me dan meteen af hoe is het nu met Tim en hoe is het zover gekomen dat hij voor deze actie koos. kreeg hij een gratis tattoo of wat was de beweegreden om hierin mee te gaan...
Wat een bijzondere film was dit, ook het eind is verrassend.. dit is echt een film om eens goed over na te denken, ik heb 104 minuten ademloos gekeken. en alle emoties gevoeld ik je volgens mij kan voelen bij een film van dit kaliber..
Het is een absolute aanrader.. zeker om het einde
Recensie van de film
Regie: Kaouther Ben Hania | Scenario: Kaouther Ben Hania | Cast:
Yahya Mahayni (Sam Ali), Dea Liane (Abeer), Koen De Bouw (Jeffrey
Godefroi), Monica Bellucci (Soraya Waldy), Saad Lostan (Ziad), Darina Al
Joundi (Sams moeder), Jan Dahdoh (Hazem), Christian Vadim (William,
Sams advocaat), Marc de Panda (Marc Sheen) e.a. | Speelduur: 104 minuten | Jaar: 2020
Een Syrische vluchteling verkoopt de huid op zijn rug. Hij krijgt er een Schengen-visum op getatoeëerd, wat twee dingen betekent. Eén: hij is vrij om te reizen door de hele Europese Unie, waar hij ook maar heen wil. En twee: hij is een levend kunstwerk, onder contract om in musea, of in een kunstverzameling tentoongesteld te worden. Dus hij levert ook vrijheid in. Een klassieke Monkey's Paw-situatie, vernoemd naar het gelijknamige korte verhaal uit 1902, waarin elke vervulde wens een naar neveneffect heeft.
Regisseur Kaouther Ben Hania zag jaren geleden het kunstwerk 'Tim' van de Belgische kunstenaar Wim Delvoye. Ook iemand met een rugtattoo en de bijkomende verplichting om te poseren. Dat er nu een visum staat afgebeeld, is een uitvinding van de filmmaker. Ze voegt daarmee een extra politieke laag aan in een toch al interessante discussie over eigenaarschap en vrijheid. Dat maakt het een interessant werk voor het Movies That Matter Filmfestival van Amnesty international, dat in april van dit jaar opende met deze film.
De drijfveer voor hoofdpersoon Sam Ali, een stevige rol voor Yahya Mahayni, is kristalhelder. Vroeger, in Syrië, was hij voorbestemd om te trouwen met zijn grote geliefde Abeer. Maar in de politieke onrust heeft hij het land moeten ontvluchten, en is zij door haar familie gedwongen om met een ander te trouwen. Abeer woont inmiddels in België, ver weg. In Libanon komt Sam de Vlaamse kunstenaar Jeffrey tegen die hem een oplossing biedt: wordt een kunstwerk en ga en sta waar je wilt, tenzij je vertoond moet worden. En dat is voorlopig de hele tijd.
Acteur Mahayni geeft zijn personage een interne passie mee voor zijn geliefde, maar ook een laconieke houding naar wat er met zijn lijf gebeurt en naar zijn nieuwe taak als kunstwerk. En als de nadelen van zijn nieuwe levensstijl hem te veel gaan dwarszitten, reageert hij met gepaste intensiteit. Zo draagt hij de film met verve. Als moderne Mefisto is het personage Jeffrey echter helaas wat inconsistent; zijn houding verandert met de wind. Gelukkig is Koen de Bouw met eyeliner tóch wel een plezier om naar te kijken, wat hij ook speelt. Hij redt wat de zwakste schakel van The Man Who Sold His Skin dreigde te worden.
Dat is nu de climax van dit arthousedrama, die zich vrij makkelijk laat vergelijken met een van de ongemakkelijkste scènes uit The Square. Die film van Ruben Östlund uit 2017 nam met nog minder genade de kunstwereld stevig op de hak. Het is oneerlijk en jammer, want in die vergelijking komt deze nieuwe film er beduidend het minste vanaf. In The Square gaat het om een bijna losstaande tussenscène die met naargeestigheid en furore een vinger op een pijnlijke plek legt. Zo goed, dat-ie op de poster is beland. In deze film hangt er veel meer van af, maar is het ook de enige plek waar de boodschap van de film een preek dreigt te worden.
Maar tot plat moralisme komt het gelukkig niet. The Man Who Sold His Skin laat genoeg open over objectificatie, dehumanisering en eigendom, zodat de kijker er een eigen oordeel over mag vellen. De film zorgt zo in elk geval voor een gegarandeerd nagesprek. Als dat het doel was, dan is het missie geslaagd.
Een Syrische vluchteling verkoopt de huid op zijn rug. Hij krijgt er een Schengen-visum op getatoeëerd, wat twee dingen betekent. Eén: hij is vrij om te reizen door de hele Europese Unie, waar hij ook maar heen wil. En twee: hij is een levend kunstwerk, onder contract om in musea, of in een kunstverzameling tentoongesteld te worden. Dus hij levert ook vrijheid in. Een klassieke Monkey's Paw-situatie, vernoemd naar het gelijknamige korte verhaal uit 1902, waarin elke vervulde wens een naar neveneffect heeft.
Regisseur Kaouther Ben Hania zag jaren geleden het kunstwerk 'Tim' van de Belgische kunstenaar Wim Delvoye. Ook iemand met een rugtattoo en de bijkomende verplichting om te poseren. Dat er nu een visum staat afgebeeld, is een uitvinding van de filmmaker. Ze voegt daarmee een extra politieke laag aan in een toch al interessante discussie over eigenaarschap en vrijheid. Dat maakt het een interessant werk voor het Movies That Matter Filmfestival van Amnesty international, dat in april van dit jaar opende met deze film.
De drijfveer voor hoofdpersoon Sam Ali, een stevige rol voor Yahya Mahayni, is kristalhelder. Vroeger, in Syrië, was hij voorbestemd om te trouwen met zijn grote geliefde Abeer. Maar in de politieke onrust heeft hij het land moeten ontvluchten, en is zij door haar familie gedwongen om met een ander te trouwen. Abeer woont inmiddels in België, ver weg. In Libanon komt Sam de Vlaamse kunstenaar Jeffrey tegen die hem een oplossing biedt: wordt een kunstwerk en ga en sta waar je wilt, tenzij je vertoond moet worden. En dat is voorlopig de hele tijd.
Acteur Mahayni geeft zijn personage een interne passie mee voor zijn geliefde, maar ook een laconieke houding naar wat er met zijn lijf gebeurt en naar zijn nieuwe taak als kunstwerk. En als de nadelen van zijn nieuwe levensstijl hem te veel gaan dwarszitten, reageert hij met gepaste intensiteit. Zo draagt hij de film met verve. Als moderne Mefisto is het personage Jeffrey echter helaas wat inconsistent; zijn houding verandert met de wind. Gelukkig is Koen de Bouw met eyeliner tóch wel een plezier om naar te kijken, wat hij ook speelt. Hij redt wat de zwakste schakel van The Man Who Sold His Skin dreigde te worden.
Dat is nu de climax van dit arthousedrama, die zich vrij makkelijk laat vergelijken met een van de ongemakkelijkste scènes uit The Square. Die film van Ruben Östlund uit 2017 nam met nog minder genade de kunstwereld stevig op de hak. Het is oneerlijk en jammer, want in die vergelijking komt deze nieuwe film er beduidend het minste vanaf. In The Square gaat het om een bijna losstaande tussenscène die met naargeestigheid en furore een vinger op een pijnlijke plek legt. Zo goed, dat-ie op de poster is beland. In deze film hangt er veel meer van af, maar is het ook de enige plek waar de boodschap van de film een preek dreigt te worden.
Maar tot plat moralisme komt het gelukkig niet. The Man Who Sold His Skin laat genoeg open over objectificatie, dehumanisering en eigendom, zodat de kijker er een eigen oordeel over mag vellen. De film zorgt zo in elk geval voor een gegarandeerd nagesprek. Als dat het doel was, dan is het missie geslaagd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten