Afgelopen week in een film gedoken, die me meteen terug bracht in mijn jonge jaren. Ik zie het nog voor me, de muziek van joy devision kwam uit, het was zware muziek, depressief maar zo intens gevoelig. Ik zie me nog in de late avond met vrienden ergens bij een meer zitten en samen luisteren naar deze muziek op een late zomeravond. Of als we bij elkaar logeerden, dat we dan samen luisterden naar deze muziek als we al in bed lagen. Hele gesprekken over deze band maar met name over de uitstraling van Ian Curtis. Wat een geweldige depri tijd was dat. Het was de opkomst van de new wave, dus lopende in donkere kleding, in puntschoenen, skinny jeans, colberts etc noem maar op, en vooral als je danste met je hoofd naar beneden van oh wat zijn we down.. terwijl wij van binnen gewoon genoten van de muziek van alles wat er was.. zo bijzonder eigenlijk als je er over nadenkt... bijzonder leven dus eigenlijk.
Deze film was erg gaaf om te zien en zeker de moeite waard om te bekijken.. maar wat een puinhoop maakte Ian van zijn leven, van zijn liefde, van zijn gezin.. dat hij op het laatst zelfmoord pleegt is zo begrijpelijk, maar wat een verlies. Al besef ik me ook wel dat als hij misschien door was gegaan met dit leven dat het misschien de magie verdween.. nu blijft het altijd bestaan.. al is het offer erg groot dat hij gegeven heeft.
Deze film was erg gaaf om te zien en zeker de moeite waard om te bekijken.. maar wat een puinhoop maakte Ian van zijn leven, van zijn liefde, van zijn gezin.. dat hij op het laatst zelfmoord pleegt is zo begrijpelijk, maar wat een verlies. Al besef ik me ook wel dat als hij misschien door was gegaan met dit leven dat het misschien de magie verdween.. nu blijft het altijd bestaan.. al is het offer erg groot dat hij gegeven heeft.
recensie van de film
Regie: Anton Corbijn | Cast: Sam Riley (Ian Curtis), Samantha Morton (Debbie Curtis), Annik Honore (Alexandra Maria Lara) | Speelduur: 119 minuten | Jaar: 2007
Control
komt dicht bij de kern van Ian Curtis veel te korte leven. In de film
wordt de oprichter en zanger van Joy Division gevolgd, een van de meest
invloedrijke bands die aan het eind van de jaren zeventig actief waren.
De nadruk ligt daarbij op zijn persoonlijke demonen en niet op het
muzikale aspect. Deze insteek wijkt af van de norm, maar werkt
inspirerend. Het is echter vooral de inkadering van het beeld (in
passend zwart-wit) en de indrukwekkende prestaties van Samantha Morton
en nieuwkomer Sam Riley die van Control een aannemelijke en ontroerende film maken.
Ian
Curtis wil loskomen van zijn Engelse arbeidersmilieu en begint,
geïnspireerd door zijn rockhelden David Bowie en Iggy Pop, een bandje.
Al snel volgt succes en Joy Division is een feit. Het succes groeit en
na een korte periode wordt de formatie gebombardeerd tot het geluid
van het moment. Op het thuisfront gaat het echter minder voortvarend:
Ian is al op zeer jonge leeftijd met zijn jeugdliefde Deborah getrouwd
met wie hij ook een dochter heeft. Zijn veelvuldige afwezigheid en
aanhoudend geklooi met groupie Annik houdt de gemoederen flink bezig.
Dit uit zich bovendien in steeds heftiger wordende epilepsieaanvallen.
Naar aanleiding van een traumatische ervaring, waarin een meisje dat hij
aan het helpen was een aanval krijgt, schreef Curtis het liedje Shes
Lost Control. Kort daarop krijgt ook hij zelf een epileptisch insult.
Deze last en angst houden Ian volledig in zijn greep.
Control,
dat is waar Ian naar hunkert maar niet in staat is te krijgen: de film
volgt hem gedurende de bewogen eerste jaren van de band en schetst
tegelijkertijd de grimmige stemming die onder de jonge generatie
Engelsen leeft. De film is gebaseerd op de memoires van Curtis vrouw,
die tevens optrad als co-producent. De liefde voor haar enigmatische en
vooral getroebleerde man blijkt uit elke zin, maar gelukkig worden ook
zijn donkere kanten niet geschuwd. De buitenechtelijke relaties, de
angst en het verdriet en bovenal het enorme gevoel van onzekerheid dat
met zijn epilepsie gepaard gaat, komen allemaal op volwassen wijze aan
bod. Dat neemt niet weg dat de film voornamelijk over Ian Curtis zelf
gaat. Uiteindelijk zien we vrij weinig van zijn thuissituatie en is de
groepsdynamiek met zijn bandleden onderbelicht.
Dat lijkt
een bewuste keuze, want dit filmdebuut van fotograaf Anton Corbijn is
zekere zin een anti-rockfilm. Waar meestal in het subgenre uitgebreid
het wilde rockersleven en de muziek centraal staan, beperkt Control
zich tot een intiem en persoonlijk portret van een veel te jong
gestorven wonderkind. Natuurlijk komen veel legendarische nummers
voorbij zoals Love Will Tear Us Apart en Transmission, maar ook voor
de kijker die niet of nauwelijks bekend is met de muziek blijft Control een interessante film. En dat komt juist door Corbijns beslissing zich te concentreren op de persoon Ian Curtis.
Control
is in meerdere opzichten een debuut, want naast Corbijn als beginnend
filmmaker wordt de hoofdrol vertolkt door een onervaren en nog onbekend
acteur. Sam Riley leeft zich volledig in voor deze lastige rol en doet
dat grotendeels met verve: wie bekend is met de podiumoptredens van
Curtis zal een griezelig waarheidsgetrouwe prestatie terugzien. Dit
blijkt echter ook zijn achilleshiel: veel blijft mimiek en imitatie. De
drang naar authenticiteit is te prijzen, evenals de inspanning van de
acteur om zijn rol zo natuurgetrouw over te laten komen, maar juist
hierdoor blijft de film soms erg aan de oppervlakte. De diepere lagen
worden gelukkig verzorgd door de op handen gedragen Samantha Morton, die
door een potje power-acteren de emoties met een mokerslag weet los te
krijgen. Zij is het kloppende hart van Control en haar aanwezigheid doet de kijker onmiddellijk rechtop schieten. Het is daarom extra jammer dat ze zo weinig in beeld is.
Enigszins
logisch, want Joy Division is en was Ian Curtis. Daarnaast was het
Corbijns bedoeling om een tekenend beeld van die roerige jaren te
creëren. Naar eigen zeggen symboliseerde Curtis voor hem een zeer
bepalende fase in zijn eigen leven, wat aangeeft dat Control
een persoonlijke film is. Ook zijn stijl is persoonlijk: de iconische
poses die door Corbijn al lang geleden op foto zijn vastgelegd, beleven
in Control een soort wedergeboorte: het grimmige, maar
tegelijkertijd spannende beeld van de undergroundscene wordt overtuigend
neergezet. Corbijn hoeft niks geleerd te worden over filmstijl, want nu
al onderscheidt hij zich van de meerderheid. Uiteindelijk mist Control
een belangrijk element: het inzicht in de emoties van zijn meest
dierbare vrienden en geliefden, maar de focus op Curtis zelf is
begrijpelijk: hij symboliseert voor velen de belevingswereld van de
anti-generatie uit die tijd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten