dinsdag 26 april 2022

Alice through the lookingglas ( film)

 

Toen ik ontdekte dat deze film ook was gemaakt, was ik aangenaam verrast want dat wist ik dus echt niet, nooit bij stil gestaan dat er een vervolg zou zijn of komen.

Dus toen ik hem kon zien was ik erg blij en heel erg gelukkig omdat ik nu dus kon kijken  naar deze vervolg van de vorige en voor mij weer even sprookjesachtig en mooi


Recensie van de film:

Regie: James Bobin | Cast: Mia Wasikowska (Alice Kingsleigh), Johnny Depp (Hatter Tarrant Hightopp), Helena Bonham Carter (Iracebeth), Anne Hathaway (Mirana), Sacha Baron Cohen (Time), Rhys Ifans (Zanik Hightopp), Matt Lucas (Tweedledee/Tweedledum), Alan Rickman (Absolem) | Speelduur: 113 minuten | Jaar:2016 

Nog voordat Cinderella en The Jungle Book lovend werden ontvangen en Disney de archieven ontsloot om volop in te zetten op sprookjesachtige remakes, waagde de studio een flink budget aan een live-action versie van Alice In Wonderland. Het was niet bepaald het summum van Tim Burtons werk, maar zijn iconische visuele bombarie bleek voldoende om de magische opbrengstgrens van een miljard dollar te doorbreken. Toch heeft het welgeteld zes jaar geduurd voordat we nog eens in Underland mogen logeren. Ditmaal worden we uitgenodigd door regisseur James Bobin (The Muppets).

 Dat Bobin vertrouwd is met kleurige en vrolijke personages, is direct duidelijk. Weg is het naargeestige sfeertje, wat ruimte maakt voor een regenboogkleurige oosterse jurk en een minder grauw Underland. Alle personages zijn een stuk luchtiger neergezet; ze spreken allemaal op een beduidend vrolijker toontje, wat vooral te merken is bij Johnny Depp, wiens hoed een duisterder randje kende onder de regie van Tim Burton. 

De film opent direct in de echte wereld met een ietwat overbodige achtervolging op het water waarin Alice als kapitein op onmogelijke wijze schepen afschudt. Hoe en waarom wordt niet echt duidelijk, de scène roept meer vragen dan antwoorden op en zet daarmee de toon voor de rest van de onsamenhangende film. Niet veel later arriveert zij in een pittoreske havenstad, waar haar recalcitrante gedrag niet goed wordt ontvangen door een stel kakelende edelmannen (onder wie haar ex) die haar vaders schip maar al te graag afpakken. Wanneer Alice probeert te vluchten, komt ze een bijzondere spiegel tegen die haar laat ontsnappen naar Underland.

Daar ploft Alice neer op een bedje bloemen, waar al haar vrienden uit de eerste film haar opwachten om te vertellen dat de Mad Hatter ernstig ziek is. Hij kan enkel gered worden door zijn verdwenen familie te vinden, waarvoor Alice hulp zal moeten vragen aan Tijd. Het luidt een tijdtwistende reis door het verleden in die van Alice Through the Looking Glass een ingewikkelde prequel/sequel op Alice In Wonderland maakt. 

Dit element snijdt aan twee kanten. Alice wroet als een roekeloze Marty McFly in het verleden van de nog onschuldig ogende Mad Hatter en de Red Queen voordat zij hun namen verdienden. Enerzijds geeft dat meer karakter aan de personages. Anderzijds geeft het de Mad Hatter en de Red Queen een doodsimpele motivatie voor hun acties en plaatst het ze in een bijna realistische wereld. De karakteruitdieping is in principe een grote verbetering op het origineel en wordt op een entertainende wijze in beeld gebracht, maar het botst nogal met het surrealistische Underland en de mysterieuze personages die ze worden. 

Bovendien wordt het tijdreisaspect misbruikt om zoveel mogelijk personages, plekken en gebeurtenissen af te vinken in een gekunsteld verhaal. Dat zorgt soms voor leuke confrontaties zoals Tijd die de Mad Hatter voor het eerst ontmoet waarbij de twee los gaan met tijdgrappen. Maar het verschrikkelijke neveneffect van alle subplots is dat er zo ontzettend veel thema’s aangekaart worden (trauma , vergeving, familie, feminisme, en nog vele meer) dat geen enkele blijft hangen. Ze vormen geen complexer geheel, maar passeren allemaal kort de revue afgewisseld door onnodig spektakel. Alice krijgt om de haverklap een nieuw tijdelijk doel – dat ze voor het publiek altijd even duidelijk benoemt – in een gezellige bende van flashbacks, actiescènes en leermomentjes. De eerste film had te weinig verhaal, Through the Looking Glass lijkt totaal niet te kunnen kiezen. 

Het element dat er in al deze chaos bovenuit steekt, is Sacha Baron Cohen. Zijn personage Tijd is geheel uniek. Hij staat volledig zijn mannetje naast acteurs als Johnny Depp en Helena Bonham Carter. Zijn manier van spreken resulteert in een bijna perfecte balans van mysterie en hilariteit. Zo is hij op momenten doodserieus en imposant, maar klaagt hij even makkelijk steen en been over mensen die geen kernachtige – en tijdbesparende – gesprekken kunnen voeren. Op vermakelijke wijze houdt Tijd het verhaal bij elkaar, maar op thematisch vlak kan ook hij de boel niet aan elkaar lijmen. 

Met meer visuele effecten, twists en woordgrappen over tijd dan je je kunt voorstellen is Alice Through the Looking Glass een zeer rommelige film. Sacha Baron Cohen en enkele mooie 3D-momenten maken veel goed, maar ten opzichte van Tim Burtons film zijn er evenveel verbeteringen als verslechteringen. Het is duidelijk dat de makers geleerd hebben van het gebrekkige verhaal, maar helaas is er sprake van ernstige overcompensatie. De stortvloed aan leuke scènes en verhaallijnen is zo onsamenhangend, dat Alice Through the Looking Glass je nooit echt weet in te pakken.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten